De Schakel
Jeugd
Winter in het Stralende Woud

Het is winter. Op alle takken ligt een laagje sneeuw. De kachels in de boomhutten branden volop. Uit de schoorstenen komen witte rookpluimen. Het ven is dichtgevroren. De kinderen zijn lekker aan het schaatsen op het ven of op de…

Het is winter. Op alle takken ligt een laagje sneeuw. De kachels in de boomhutten branden volop. Uit de schoorstenen komen witte rookpluimen. Het ven is dichtgevroren. De kinderen zijn lekker aan het schaatsen op het ven of op de heuvels aan het sleeën. Alleen Kelly van Boomhut 12 blijft binnen.  Zij is pas ziek geweest en is nog aan het opknappen. Kelly houdt niet van de kou, zij kruipt het liefst in de kachel. Als het aan haar ligt zou ze het liefst een winterslaap houden. Lekker drie maanden slapen zoals de beren dat doen. En als het lente wordt pas wakker worden. Ze is in haar boomhut aan het kleuren. Het is een tekening over de zomer met de zon hoog aan de hemel en kinderen die in het water spelen.

Lisa, Joep, Bas en Jan hebben al vaak gevraagd of ze buiten komt spelen. Kelly zegt telkens: “Nee, het is mij te koud, ik krijg al de bibbers als ik er aan denk!”

“Doe dan een lekkere dikke winterjas aan, dan heb je het helemaal niet koud!”

Kelly trekt dan haar schouders op en blijft binnen.

Toch willen ze dat Kelly ook kan genieten van de winter. Jan en Bas hebben een ideetje. Een overdekte slee voor Kelly met achterop een kacheltje.

Dan kan Kelly toch naar buiten. En kan ze genieten hoe de andere kinderen fijn aan het spelen zijn in de sneeuw. Op deze manier hoort zij er ook bij!

Jan en Bas hebben met de anderen hun plannetje besproken en die vonden het een goed idee. Kelly weet hier zelf nog helemaal niets van. Jan en Bas hebben alles klaargemaakt. Joep en Lisa gaan naar Kelly om het te vertellen.

Lisa zegt: “Kelly we hebben een verrassing voor je. Maar je moet eerst je handen voor je ogen doen.” Ze nemen Kelly mee naar het raam.

“Doe nu maar je handen van je ogen.”

Ze doet haar handen van haar ogen en ziet buiten een overdekte slee met

kacheltje.

Lisa zegt: “Nu kun je naar buiten en hoef je toch geen kou te lijden!”

“Is het echt warm in die slee? Want ik hou echt niet van kou.”

“De slee is heerlijk warm en er liggen zelfs extra dekens in,” zegt Joep.

“Dan wil ik het wel proberen.”

“Goed zo! Hij staat voor je klaar en wij trekken jou vooruit,” zegt Lisa.

Kelly doet haar dikke winterjas, een muts, snowboots, dubbele wanten en

een dikke sjaal aan.

Dan gaat Kelly glijdend naar haar slee, stapt in en doet snel de deur dicht.

“Oh, wat is het hier lekker warm,” zegt ze tegen de anderen. Ze kijkt naar buiten. De kinderen zijn aan het schaatsen en sleeën.

Pats! Er wordt een sneeuwbal tegen het raam gegooid, Kelly moet er om lachen, zwaait naar de andere kinderen en die zwaaien terug. Kelly ziet wel dat de kinderen veel plezier hebben. Eigenlijk zou ze ook graag mee willen doen, maar het is te koud buiten!

Jan roept naar Kelly: “Wij trekken je tot boven op de heuvel en dan glij je zo naar beneden. Is dat goed?” Kelly knikt van ja.

Met zijn vieren trekken ze Kelly tot boven aan de berg. Kelly ziet wel dat het heel zwaar is voor hen. De slee gaat ook steeds langzamer omhoog. Ze vindt het geweldig dat haar vier boomgenoten zoveel voor haar over hebben. Ze trekken de slee tot boven aan het puntje van de heuvel en dan laten ze de slee los.

Roetsjt… de slee glijdt heel hard naar beneden. Kelly lacht van plezier. De slee glijdt langs kinderen die aan het sneeuwballen gooien zijn. Andere kinderen zijn een sneeuwpop aan het maken. De sneeuwpop krijgt net een wortel als neus en twee zwarte stenen als ogen. De slee stopt precies voor het ven. Daar zijn kinderen aan het schaatsen. Kelly kijkt zo over de schaatsbaan en ziet dat er iets gebeurd is. Bas loopt naar de slee: ”Bram is door het ijs gezakt!”

“Oei,” zegt Kelly, “zal ik naar buiten gaan om te kijken of ik kan helpen?”

Niemand hoort wat Kelly zegt. Dus blijft Kelly rustig zitten. Ze ziet dat de kinderen Bram naar de kant brengen. Hij is helemaal nat en staat nu te bibberen van de kou. Kelly vindt dat ze niet kan blijven zitten en stapt uit haar warme slee.

Ze loopt naar Bram toe, “Bram stap maar gauw in mijn slee, die is lekker warm!”

“Ja, mmmaar en jjjjij ddddan, voor jjjjou is het ttttoch veel te kkkkoud!” bibbert Bram. “Kom, we brengen jou zo snel mogelijk naar je boomhut, anders bevries je!”

Bram stapt snel in de slee, hij bibbert nog steeds. Kelly pakt een van de touwen en begint eraan te trekken, Joep, Jan, Bas en Liv trekken ook mee. Het is een heel eind lopen naar de hut van Bram. Kelly en de anderen lopen heel hard. Ze krijgt het steeds warmer van het hardlopen en trekken. Ze doet haar dikke jas uit en gooit die in de slee over Bram heen. “Zo Bram dan krijg je het nog warmer!”

Nu kon ze samen met de anderen nog harder rennen. Niet veel later staan ze bij de boomhut van Bram. De jas van Kelly wordt goed om hem heen geslagen en zo dragen ze Bram naar binnen.

Hij wordt snel in bed gelegd en hij krijgt een beker warme chocolademelk.

Bram begint al weer te lachen. “Nou dat komt wel goed met Bram,” zegt Kelly.

Ze doet haar jas aan en gaat weer naar buiten.

Jan houdt de deur van de slee open voor Kelly. Maar in plaats dat Kelly instapt, gooit ze een sneeuwbal tegen het hoofd van Jan. Dan wordt er een groot sneeuwballen gevecht gehouden. Kelly wordt ook raak gegooid. Maar dat kan haar niets schelen, zij vindt het veel te leuk.

Daarna gaat ze aan de gang met een grote sneeuwbal om een sneeuwpop te maken, iedereen doet mee.

Kelly doet haar sjaal af en draait die om de nek van de sneeuwpop. Joep zet een hoed op zijn hoofd. Dan nog een wortel, een bezem en twee zwarte ogen van steen, een mond van zwarte steentjes en de sneeuwpop is klaar.

Lisa vraagt aan Kelly: “Heb jij het niet koud dan?” “Nee, hartstikke warm! Als ik maar genoeg beweeg dan word ik vanzelf warm! Die sneeuwpop heeft het pas koud, kijk eens hoe wit hij ziet!”

Iedereen lacht om Kelly. Gelukkig vindt zij winter nu ook leuk!

 

Illustrator: Marjolein Stok

Verhalenverteller: Wim Verbunt

About the author

Related Posts