De dieren van de Beestenboel gaan niet naar de bruiloft in Groningen. De reis is volgens boer Jan voor hen te ver. Kukie en Knorretje zijn het daar niet mee eens, zijn gaan praten met boer Kees en hebben een…

De dieren van de Beestenboel gaan niet naar de bruiloft in Groningen. De reis is volgens boer Jan voor hen te ver. Kukie en Knorretje zijn het daar niet mee eens, zijn gaan praten met boer Kees en hebben een plan bedacht.

Het toekomstige bruidspaar gaat één week voor de bruiloft al naar Groningen. De auto met trailer staat klaar om te vertrekken. Iedereen staat buiten om Ria, Jan en Witlokje uit te zwaaien.

Als ze weg zijn gaat boer Kees naar huis, maar een uurtje later is hij al weer terug.

Hij rijdt zijn tractor het erf op met daarachter een echte Pipowagen!

Dat was het plan van Knorretje, Kukie en boer Kees. Morgen gaan ze met zijn allen in de Pipowagen naar de bruiloft in Groningen.

De volgende dag zitten alle dieren in de Pipowagen. Boer Kees rijdt de tractor en naast hem zit Knorretje. Als ze weg willen rijden wordt er gekrast: ‘Stop, stop, ik wil ook mee!’ Het is Ekkie, zij gaat bij boer Kees en Knorretje zitten.

Ze worden uitgezwaaid door de boertjes en Miranda, de vrouw van boer Kees.

In de Pipowagen wordt gezongen: ‘Chauffeur, chauffeur, rij een beetje deur, en van je hela hola houdt er de moed maar in…♫.’

Kees heeft voor onderweg zes keer een slaapplaats geregeld. Als ze bij de eerste slaapplaats aankomen knort Knorretje: ‘Nou Kees, het gaat goed zo, nog 230 kilometer. Maar ik wil morgen van plaats wisselen. Ik ben helemaal door elkaar geschud.’

‘Kukeleku,’ kraait Kukie, ‘ik wil wel bij Kees op de tractor.’

De volgende dag rijden ze verder. In de Pipowagen zijn ze het alfabet aan het oefenen voor Ria en Jan; ‘De A is van aardappel, die zit in de grond, de B is van boer Jan, hij vindt aardappelen gezond. De C is van café…’.

Ze zijn nu zes dagen onderweg. Glimmen wordt hun laatste slaapplaats.

Morgen hoeven ze nog maar een kort stukje te rijden.

Het is warm. Boer Kees zingt: ‘Ik rij lekker op de trekker…♫.’

Plots krast Ekkie: ‘Kees kijk uit, je moet naar rechts, kra, kra!’

Kees ziet het te laat. Hij rijdt met de tractor en Pipowagen rechtdoor in de sloot!

Iedereen in de Pipowagen wordt door elkaar geschud.

Als het stil is roept Kees: ‘Iedereen oké?’

Knorretje knort: ‘Hier is iedereen in orde, we komen naar buiten. Hoe gaat het daar?’

De tractor staat met zijn wielen in de sloot en de Pipowagen staat schuin op de weg.

‘We hebben het overleefd,’ zegt Kees. ‘Het voorwiel zit alleen vast in de modder.’

Iedereen staat nu buiten rond de tractor. ‘Die trekken wij er zo niet uit,’ zegt Kees.

‘Verderop woont boer August, daar gaan we vanavond slapen,’ zegt Kees.

Boer August zag de tractor met Pipowagen al aankomen en loopt hen tegemoet.

‘Goidag, Kees’.

Kees zegt: ‘Hoeist August?’

August ziet wat er aan de hand is en haalt meteen zijn tractor.

Ze maken eerst de Pipowagen los en trekken de tractor uit de sloot.

‘Dat ziet er niet te best uit, de as is helemaal verbogen!’ zegt August.

De tractor en de Pipowagen worden naar de boerderij gesleept.

Boer August gaat morgen ook naar de bruiloft.

‘Gelukkig is niemand gewond geraakt en… morgen trouwen Ria en Jan,’ knort Knorretje, ‘dan zien we wel weer verder, knor, knor.’

Volgende week deel 3: De Bruiloft.