Vorige keer kregen de dieren te horen dat ze niet mee mochten doen aan de carnavalsoptocht in Knollevretersgat. Gelukkig heeft Knorretje een plan bedacht, zodat de dieren toch mee kunnen doen. De Beestenboel heeft zich netjes aangemeld bij de optochtcommissie…

Vorige keer kregen de dieren te horen dat ze niet mee mochten doen aan de carnavalsoptocht in Knollevretersgat.

Gelukkig heeft Knorretje een plan bedacht, zodat de dieren toch mee kunnen doen.

De Beestenboel heeft zich netjes aangemeld bij de optochtcommissie en de boertjes van de Boerderijclub doen ook mee.

Ria heeft dierenpakken genaaid van alle dieren die op de Beestenboel wonen, groot en klein.

Vandaag is het pakken passen. Eerst het pak van Witlokje, dat wordt met een applaus goedgekeurd. Witlokje hinnikt: ‘Wat zie ik er knap uit hihihi.’ Ook Gerrit de ezel is tevreden en balkt: ‘Ia, ia, ja sprekend mezelf, ia’. Dan komen de varkens, eerst Knorretje, daarna Oink gevolgd door Pinkie. Er zit zelfs al modder op de pakken. Alles komt aan bod.

Knorretje knort: ‘We gaan niet voor de hoofdprijs, als we maar meedoen.’

Het is zaterdagmiddag 10 februari, iedereen van de Beestenboel staat klaar om mee te doen aan de optocht. De huif van de huifkar is er afgehaald. Op de platte kar staan verklede dieren op stelten, de wagen heet daarom ook ‘De Beestenboel op stelten.’ Boer Jan zit op de bok en de kar wordt getrokken door een verkleed paard dat sprekend op Witlokje lijkt. Voor hen loopt CV de Rommelpot uit Heukelom met als slogan: ’t Is wir bal meej carnaval. Achter de Beestenboel loopt een Chinese Draak met een hele lange staart. Op de zijkant is te lezen: Tèèd vûr wè nuuws.

Tot nu toe gaat het allemaal goed. Als de optocht halverwege is, wordt de kar van de Beestenboel tegengehouden door ex-prins Jos. Hij zegt: ‘Als afgevaardigde van de Knollevreters moet ik helaas de Beestenboel uit de optocht halen. De rest van de optocht mag doorgaan.’

De Chinese draak schudt zijn hoofd en loopt voorbij de kar van de Beestenboel.

De mensen langs de kant snappen er niets van.

Jos loopt naar de wagen. ‘Boer Jan, volgens mij bent u in overtreding. Het is jullie bekend dat er geen dieren mee mogen doen in de optocht?’

Boer Jan zegt: ‘Dit zijn verklede dieren! Die mogen toch wel meedoen?’

‘Ja, als er maar geen dieren in zitten.’ Jos loopt naar Witlokje en haalt haar hoofd eraf. Hij verwacht een paardenhoofd te zien, maar het is het hoofd van boertje Ben van de Boerderijclub. Ben zegt: ‘Hoi Jos, en achter mij als kont loopt Jimmy.’ Ook de dieren op de kar zijn allemaal aangeklede boertjes. De kleinere dieren, zoals Piepertje en Lepie, zijn gewoon poppen.

Jos reageert: ‘Wel heb ik ooit!’ en begint te lachen. Het publiek lacht mee en applaudisseert.

‘Rij maar door en alaaf, alaaf voor de Beestenboel,’ zegt Jos lachend.

Na de optocht rijdt de kar van de Beestenboel naar de Chinese draak en boer Jan fluistert: ‘Knorretje, het plannetje is helemaal gelukt.’

Onder de Chinese draak komt de kop van Knorretje tevoorschijn. Alle dieren van de Beestenboel zitten eronder en helemaal achteraan in de staart lopen cavia Piepertje en poes Lepie. Niemand heeft er iets van gemerkt!

‘We hebben eindelijk een keer meegedaan aan de optocht, alaaf, alaaf,’ knort Knorretje tevreden.

KLIK HIER EN LEES WAT ERAAN VOORAF GING