De Schakel
Jeugd
De gestolen chips van Legostad

Het is woensdagmiddag en het regent. Sem verveelt zich. Vanmorgen heeft hij met Daan proberen af te spreken, maar Daan ging bij Joris spelen. Mama heeft geen tijd voor hem; ze moet met Noa, zijn jongere broertje, naar de kapper.…

Het is woensdagmiddag en het regent. Sem verveelt zich.

Vanmorgen heeft hij met Daan proberen af te spreken, maar Daan ging bij Joris spelen. Mama heeft geen tijd voor hem; ze moet met Noa, zijn jongere broertje, naar de kapper. Daarna moet ze nog boodschappen doen. Ze heeft tegen Sem gezegd: “Als je zin hebt mag je een zakje chips en een glaasje drinken pakken.  En als je je verveelt mag je wel televisie kijken.”

Televisie kijken, daar had Sem helemaal geen zin in! Hij wil met iemand samen spelen. “Er zit niks anders op dan mezelf maar bezig te houden,” zegt Sem tegen zichzelf. Sem zet zijn blauwe bouwpet op. Hij pakt de Lego en begint te bouwen.

Wat het wordt weet hij nog niet. Hij begint met een grote poort en uitkijktoren. Naast de poort gaat hij verder met een muur en kleinere torentjes. Na een uurtje bouwen besluit Sem dat het een stad wordt, met een politiebureau, pizzeria, een pakhuis en veel huisjes. Hij legt ook een groot meer aan met haaien erin. Dan is al zijn Lego op. Hij gaat naar de kast en ziet daar de doos met het Legokasteel van Noa. Hij pakt de doos en gaat verder met bouwen. Het kasteel komt aan de rand van de stad te staan.

Dan pakt hij alle Legopoppetjes: de ridders, de politieagenten, de kok, de motorrijders en nog veel meer en zet die overal neer. Ook de auto’s, motors en paarden worden erbij gezet. Daarna legt hij de rails van de Legotrein uit. Deze loopt vanuit de keuken zo naar het station van zijn stad.

Hij krijgt dorst van al dat bouwen en schenkt drinken in en pakt uit de kelder een zakje chips. Sem zet de trein met 3 wagons op de rails en in de bakjes van de trein doet hij de chips uit zijn zakje. Sem is er moe van geworden. Hij gaat lekker op de grote zitzak liggen terwijl hij wat drinkt en de trein laat rijden.

Even later stuurt hij de trein naar het kasteel en deze stopt bij de poort van Legostad.

Hij stapt uit de trein en wil de chips gaan lossen.

Sem gaat de Kasteelheer zoeken op om aan hem te vragen of hij een tractor mag lenen. Zo kan hij de chips naar het pakhuis brengen. Op straat komt hij een paar ridders tegen en ook nog een astronaut. Onderweg ziet hij zijn oma en opa. Zij vragen: “Sem kunnen wij straks met je meerijden in de trein?” “Natuurlijk. Ik ben direct helemaal leeg, dus plaats genoeg.” Hij loopt door naar de Kasteelheer. “Kasteelheer, kan ik van u een tractor lenen om de chips te lossen?” “Ja hoor, dat kan. Breng je ook wat chips naar mij?” “Ik zal zien wat ik overhoud.” Ja Sem is een goede vervoerder. Als hij iets overhoudt, dan wil hij dat best met anderen delen.

Hij rijdt de tractor met 3 karretjes naar de trein. Hij laadt de chips in de karretjes en rijdt terug naar het kasteel.  Onderweg wordt Sem tegengehouden door drie boeven met een kanon. Zij zeggen dat hij moet stoppen!

Sem wordt vastgebonden en de tractor met chips wordt meegenomen door de boeven. Toevallig komen oma en opa langs gewandeld. Zij schrikken zich een hoedje als ze daar Sem op de grond zien liggen. Ze lopen gauw naar hem toe en maken zijn handen los. Sem vertelt dat alle chips is gestolen door drie boeven en dat hij die chips en de tractor terug wil hebben. Oma en opa zeggen: “Sem, kijk je wel uit, want dat zijn gevaarlijke boeven!” Sem zegt: ”Maak je geen zorgen. Ik zou het wel fijn vinden als opa meehelpt met het zoeken naar de boeven.” Opa zegt: ”Als oma het goed vindt, dan help ik jou mee!” Gelukkig, oma vindt het goed!

Opa zegt: “Als we naar de uitkijktoren boven de poort klimmen, dan kunnen we zien waar de boeven met de tractor naar toe rijden.” Dat vindt Sem een goed idee.

Ze rennen samen de trap van de uitkijktoren op en van bovenuit zien ze de boeven met de tractor rijden.

“Opa, als wij nu ieder een motor pakken dan zijn we sneller.” Vlug lopen ze naar de motorwinkel. Ze vragen aan de meneer van de motorwinkel of ze twee motors mogen lenen om boeven te vangen. De winkelmeneer vindt het prima.

Zo gaan Sem en opa op weg om de boeven te vangen. De motors rijden veel harder dan de tractor. Ze halen de boeven makkelijk in. Sem en opa rijden met een grote boog om de boeven heen. Ze rijden een stuk verder door en stoppen dan.

Opa heeft een heel groot net bij zich. Dat rollen ze uit en hangen dat boven de weg.

Van verre zien ze de tractor met de boeven al aan komen rijden.

De tractor rijdt onder het net door en dan… laten opa en Sem het net vallen en vangen ze de boeven.Opa en Sem binden de boeven vast. Ze willen met de boeven praten.

“Zo, jullie hebben zomaar onze chips gestolen, dat mag niet!” De boeven huilen en zeggen: ” Maar we hadden zo’n zin in chips en bij ons op de camping hebben we geen chips!”

Opa ziet dat het nog maar kinderen zijn en vraagt: ”Waar is jullie camping en hoe heten jullie?” “Onze camping is hier vlakbij en wij heten: Sim, Sam en Som!”

Sem moet lachen en zegt: “Nou ik heet Sem, dan zijn we compleet!”

“Nee hoor ons papa heet Sum!” zegt Sam. Sem en opa moeten daarom lachen.  “Hoe komen jullie aan dat kanon?” vraagt Sem. “Oh, dat is een nepkanon,” zegt Sim, “die stond bij ons op de camping bij de ingang.” “Kom dan rijden we samen naar jullie camping,” zegt opa. Ze maken de kinderen weer los en rijden samen met de tractor en de motors naar de camping. Vader Sum ziet de optocht aankomen. Hij loopt naar zijn kinderen toe en vraagt: “Jullie hebben toch niets verkeerds gedaan hoop ik?” “Nou,” zegt Sem, “dat zal ik u vertellen!” Maar opa zegt: “Nee hoor, Sim, Som en Sam hebben gezellig met ons politie en boefje gespeeld! Zij deden net of ze onze chips wilden stelen en wij speelden politie en we hebben dat tegen gehouden!”

“Gelukkig,” zegt vader Sum. “Wij moeten trouwens nog boodschappen gaan doen in de stad want we hebben geen chips meer! Of kan ik chips van jullie kopen?” “Het spijt me, deze chips zijn voor de winkels bij het kasteel, maar ik wil jullie wel leren om zelf chips te maken!” zegt Sem. Nou dat willen ze wel leren.

Sem laat de jongens aardappelen schillen en zelf verwarmt hij de olie om de chips in te bakken. Sem denkt dan: “Hé het is helemaal geen saaie woensdagmiddag, dit is hartstikke leuk!”

Noa schudt aan de arm van Sem en zegt: “Sem, mag ik een chipje van jou?” Sem doet zijn ogen open en zegt: “Je kunt ze toch zelf bakken!”

Dan ziet hij dat hij geslapen heeft en hij lacht om zijn antwoord. Mama zegt: “Wat heb jij een leuke stad gemaakt met een kasteel en met een trein ernaartoe!” “Ja,” zegt Sem, “ik heb ook lekker gespeeld en nu ga ik mijn chips opeten!”

Recept voor zelfgemaakte chips
Schil de aardappelen dun, en was en droog de aardappelen daarna goed. Verwarm het frituurvet. Schaaf de aardappelen in niet te dunne plakken, droog deze goed af en bak de plakjes in 2-3 minuten in het frituurvet gaar en mooi van kleur. Bak niet te veel plakjes tegelijk om overbruisen van het vet te voorkomen. Schep de gebakken aardappelplakjes uit het frituurvet, laat overtollig vet in de pan teruglopen, laat de chips daarna in het vergiet nog even uitlekken. Leg ze daarna op een velletje van een keukenrol. Bestrooi de chips met zout of kruidenzout en als je dat lekker vindt met wat paprikapoeder.

Smullen maar!

Wim Verbunt
Verhalenverteller

Met dank aan de legobouwers: Pepijn, Teun en Erik Verbunt!

Download hier de pdf met het verhaal: De gestolen chips van Legostad

About the author

Related Posts